Het verhaal

Het begrip ‘dienstplicht’ roept bij veel Nederlanders levendige herinneringen op, terwijl het de meeste jongeren niets meer zegt. Laat staan dat zij zich iets kunnen voorstellen bij uitgezonden worden naar exotische kolonies die ooit onder Nederland vielen zoals Indonesië, Nieuw-Guinea en Suriname samen de gevaren die dit met zich meebracht.

De verhalen van Nederlandse soldaten die hun dienstplicht in Suriname vervulden kent bijna niemand, terwijl veel mensen een buurman, oom of vader blijken te hebben die in Suriname heeft gediend.

Zo vertrokken er tussen 1945 en 1975 in totaal zo’n 20.000 Nederlandse jongens van vaak net 18 jaar oud naar Suriname om daar hun diensttijd te vervullen bij de TRIS (Troepenmacht in Suriname). De TRIS  stond voor vrede en veiligheid. Toch is er maar weinig bekend over deze voor velen van hen toch zo’n bijzondere periode in hun leven.

Ze hadden vaak geen idee wat ze te wachten stond in dit vrijwel onbekende stukje Nederland, vol vreemde volkeren en culturen ver van huis. Ook zouden er 50 soldaten niet terug keren naar huis door uiteenlopende zaken als tropische ziekten en noodlottige ongevallen.

De reis op zich was al een avontuur, een paar weken over schuimend zeewater met de KNSM schepen “Oranjestad” of “Willemstad”. Eerst naar Madeira en daarna de oversteek naar de Caribische Zee via Martinique, Guadeloupe, Santa Lucia en Trinidad naar de plaats van bestemming ‘Paramaribo’. Terwijl ze de Surinamerivier opvoeren zagen ze voor het eerst oerwoud met de primitieve dorpen en huizen.

Ze hebben zich uitgeleefd in vaarpatrouilles op de Marowijnerivier of de Corantijn, de veertiendaagse doorsteek naar het achterland van de Surinamerivier. Ze kapten zich een weg door het oerwoud, ze leerden hoe ze moesten overleven, welke slangen gevaarlijk waren en zelfs hoe ze een aap moesten bakken.

De mannen boden hulp waar nodig aan de daar aanwezige Boslandbewoners. Maakten een speedmars over de rails van de houttrein naar Brownsberg. In Nickerie maakten ze pas echt kennis met de hitte en de bijbehorende muggen die in de aanval gingen.

Tijdens deze zogenoemde detacheringen was er ook een periode in het Prins Bernard kampement in Paramaribo, waar de nachtelijke bezoekjes aan de stad niet onopgemerkt bleven. Ook de stad en het leven dat hierbij hoorde liet een bijzondere indruk achter.

Persoonlijke verhalen van deze inmiddels bejaarde dienstplichtigen en beroepsmilitairen zijn echter nog springlevend en kleuren onze geschiedenis. Ze leren ons van alles over de voormalige kolonie die tot op de dag van vandaag nog altijd sterk verbonden is met ons land. Door het vele bijzondere vaak zelf gefilmde 8mm filmmateriaal nemen wij de kijker mee naar een ander Suriname. Het Suriname dat bij de inmiddels vaak oudere dienstplichtigen, warme en soms emotionele herinneringen oproept aan de tijd dat ze hier waren.

Er bestaat tot op de dag van vandaag een zeer hechte band tussen de oud ‘Trissers’ en zoals de documentaire laat zien, is dat niet voor niets.

De TRIS stond aan de wieg van de ‘ver-Surinamisering’ van het leger, dat tijdens de onafhankelijkheidsstrijd overging in de Surinaamse krijgsmacht waarmee Desi Bouterse in de jaren tachtig zijn coup zou plegen.

In de slotfase blikken we samen met de toen aanwezige ‘Nederlandse’ beroepsofficieren en leden van de militaire missie van Kolonel Valk, terug op hoe dit verliep en hoe het kon dat een jonge natie als Suriname in zo’n donkere periode als die van de jaren 80 terecht kon komen met alle gevolgen van dien.

Stichting Triskontakten

De Stichting Triskontakten uit Zwijndrecht zet zich al jaren in om het verhaal van de Troepenmacht in Suriname onder de aandacht te houden. Het biedt een platform voor hen die daar gediend hebben middels kontaktdagen, bijeen-komsten, reizen naar Suriname en het TRIS museum.

Ad van Wingerden, zelf oud Trisser en voorzitter, weet als geen ander hoe belangrijk het is dat diegenen die erbij waren, na al die jaren nog altijd hun verhaal kwijt kunnen en hun belevenissen kunnen delen met lotgenoten.

Ondanks dat er geen oorlogs-handelingen hebben plaats gevonden in die dertig jaar, zijn er voldoende spannende acties en soms bloed-stollende ervaringen geweest in de snikhete jungle, waarbij de soldaten van toen wel degelijk hun mannetje gestaan hebben.

Deze ‘vergeten veteranen’ verdienen het dat ook hùn verhaal eindelijk eens verteld wordt.